Skip to main content

‘Mam, hoe schrijf je archeoloog?’

Mijn jongste zoon zit in groep 8. Vorige week hadden ze van de juf de opdracht gekregen om op een A4-tje te schrijven welk beroep ze later wilden uitoefenen. Dat moesten ze dan de volgende dag laten zien tijdens de dagelijkse Zoom-sessie. Mijn zoon had toen gezegd dat hij nog geen idee heeft wat hij wil worden. Waarop de juf aangaf dat iedereen verplicht een beroep moest opschrijven.

Deze simpele opdracht riep een grote innerlijke onrust bij hem op. En uiterlijk trouwens ook, want hij maakte er nogal een drama van. ‘Ik weet het gewoon niet!’, riep hij vertwijfeld uit. ‘Dan schrijf je toch op wat je vroeger wilde worden’, antwoordde ik. ‘Dat kan niet!’, kaatste hij terug. ‘Want juf weet al dat ik niet weet wat ik wil worden, dat heb ik al tegen haar gezegd!’

Mijn hart ging naar mijn zoon uit. En ook naar mijn vroegere zelf, want ik herkende deze worsteling. De drang om het ‘enige, waarachtige, juiste antwoord’ te geven. De weerstand om iets te zeggen dat niet honderd procent in overeenstemming is met hoe het van binnen voelt. Het machteloze gevoel dat je krijgt als er vanuit je innerlijk geen helder antwoord komt. Het idee dat er altijd maar twee opties zijn om te reageren; het ‘waarachtige antwoord’ geven, of zwijgen. Het gevoel dat je faalt als je zwijgt omdat het waarachtige antwoord niet opkomt.

Toen ik naar mijn zoon luisterde, realiseerde ik hoe moeilijk ik het mezelf heb gemaakt met deze neiging. Hoezeer ik daarmee mijn eigen vrijheid van denken beperkte.

Er zijn altijd meer opties om te reageren. Je kunt je eigen interpretatie geven aan de vraag; je kunt hem zien als uitnodiging om iets te onthullen over wat jij belangrijk vindt; je kunt een tegenvraag stellen; je kunt uitleggen waarom je het een lastige vraag vindt; waarom jij het juist fijn vindt om nog niet te weten wat je vindt; vragen waarom het voor de ander het zo belangrijk is dat er een eenduidig antwoord komt op de vraag, enzovoort.

Om met Cruijff te spreken: je gaat het pas zien als je het doorhebt. Zolang ik geloofde dat ik het absolute antwoord moest geven, zag ik niet dat er andere opties waren. Ik ben heel blij dat ik op een gegeven moment het inzicht kreeg dat ‘het enige, waarachtige, juiste antwoord’ niet bestaat. Dat heeft me zo veel vrijheid en ontspanning gegeven. Mijn zoon ziet dat blijkbaar nog niet. Ik gun hem dat hij het wel gaat zien. Dat kan ik niet afdwingen. Maar ik kan hem wel een ander perspectief aanreiken.

‘Weet je’, zei ik, ‘het is heel mooi dat je zo graag een eerlijk antwoord wil geven, maar als je het even niet weet, kun je ook iets anders zeggen. Als juf heeft gezegd dat je per se iets moet opschrijven, dan mag je toch zelf bepalen wat je schrijft?’

Hij bleef nog even hangen in zijn drama, en sputterde een tijdje na. Tot hij op een gegeven genoeg had van zijn eigen weerstand. Toen griste hij een A4-tje en een stift van tafel, en vroeg: ‘Hoe schrijf je archeoloog?’

introvert

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.